Palaver 2024
Naast het reglement gelden de volgende praktische aanvullingen en detailleringen om de race voor iedereen tot een succes te maken. Hieronder staan de zaken die tijdens het palaver besproken worden.
Locatie en tijd van het palaver
Datum | 6 april 2024 |
---|---|
Locatie | Bij de organisatie in de H. Laurentiuskerk, Herengracht 16, Weesp |
Tijden | vanaf 10:45 (ongeveer) voor deelnemers eerste (dames) race vanaf 13:15 (ongeveer) voor deelnemers tweede (heren) race |
Logistiek voor de wedstrijd
Warm roeien
Voor het palaver kunnen de teams zich vrij naar keuze warm roeien op de Vecht richting Muiden (onder de spoorbrug door in noordelijke richting). Dit is de voorkeursrichting.
Warm roeien in de richting van Nigtevecht (oostelijk richting onder de Lange Vechtbrug) is alleen mogelijk bij de dames race. Bij de heren race kan dit alleen als alle dames gefinisht zijn.
Starten
De startlijn is in de Kom van Weesp. De starter (speaker) geeft aan van waaraf de boten kunnen starten. De sloepen starten één voor één en zo snel mogelijk achter elkaar met maximaal één minuut tussenpoos (we streven naar 30-45 seconden!). Hoe sneller je klaar ligt hoe eerder je start en hoe dichter je bij je voorganger bent.
NB: Varen met een vlag vinden we leuk maar is niet verplicht. Denk om de hoogte van zowel de Sluisbrug als de Lange Vechtbrug, deze zijn niet hoog!
De starter geeft je toestemming om te starten, dan vaar je de Kom uit. Bij het uitvaren van de Kom vaar je door de Sluis. Hier kunnen sommige boten doorroeien en sommigen moeten één of twee boorden laten lopen (dat ligt aan boot en stuurmanskunst). De starttijd wordt gemeten op de plaats van de eerste Kaapstaanders op de wal van de sluis. Daarna verder de Sluisbrug onderdoor (LET OP JE VLAG!) en daarna stuurboord uit de Vecht op.
Direct na het opvaren op de Vecht bevindt zich de Lange Vechtbrug. Oppassen daar, de doorvaart laat maximaal één boot tegelijk toe. De doorvaart is ongeveer 8 meter breed. Ook kun je last hebben van scheepvaart die niet aan de wedstrijd deelneemt. De gewone vaarregels gelden, er is geen voorrang voor sloepen die deelnemen aan de wedstrijd.
De race
Op de Vecht op zowel de heen- als terugvaart is het toegestaan om de ‘ideale lijn’ te varen. Deze ideale lijn dient binnen de betonning van de Vecht te blijven. Deze boeien zijn groen en voeren allen het getal 9 (dat is niet het boeinummer, maar de maximum snelheid!). Het is nooit toegestaan om tussen de betonning en de arken te varen. Let op dus: overtreding hiervan levert een tijd of wattage straf op.
De heenvaart – groene vaargeul boeien
Deze moeten allemaal aan STUURBOORD gehouden worden op de heenvaart. Let hier ook op tegenliggers.
Tegemoetkomend en passerend verkeer
Bij tegemoetkomend (roei) verkeer moeten beide boten stuurboord-wal houden; houdt elkaar dus aan bakboord. In geval van inhalen dienen de betrokken boten er alles aan te doen om elkaar niet te hinderen, maar een ideale lijn blijven varen mag wel!
Let op: We hebben geen richtlijnen over aan welke zijde (BB of SB) sloepen die in dezelfde richting varen elkaar moeten passeren.
NB. Op de heenvaart moet bij onoverzichtelijke ‘bakboord bochten’ (binnenbochten) verplicht ruimte voor een sloep tussen de wal en de sloep (aan de bakboordzijde dus) worden gehouden. Gebruik goed stuurmanschap! Waar nodig liggen gele wedstrijd-boeien in de Vecht die altijd aan bakboord gehouden moeten worden.
Doorvaart Vechtbrug onder N236 ter hoogte van Uitermeer
Deze brug heeft tijdens de wedstrijd twee doorvaarbare delen van ongeveer 12 meter breed aan weerszijde van de beweegbare deel. Zowel op de heen- als de terugvaart moet door de opening aan stuurboordzijde van het beweegbare deel van de brug gevaren worden. (M.a.w. het beweegbare deel aan bakboord houden).
Onder de klep doorvaren (de middelste doorvaart) of het kiezen van doorvaart aan bakboordzijde van de het beweegbare deel is niet toegestaan. Dit levert een gevaarlijke situatie op en leidt tot een tot diskwalificatie of straf in wattage en/of tijd. Dit ter beoordeling van de wedstrijdcommissie.
Het keerpunt bij de Zanderijsluis (het Ballastgat)
Op de heenweg liggen op de aanvaarroute naar het Ballastgat in de Vecht twee gele boeien in het midden van de Vecht. Deze moeten beiden aan bakboord gehouden worden inclusief de uitslag van de riemen. Dus NIET met de riemen over deze boeien – laten lopen mag wel – maar nooit over de boei.
Het is heel belangrijk dat dit nauwkeurig opgevolgd wordt. De situatie daar is door een bocht in een smal deel van de de Vecht heel onoverzichtelijk en kan tot heftige aanvaringen tussen heen en terugvarende sloepen leiden.
De volgende boei markeert de invaart naar het zogeheten Ballastgat.
Deze boei is ROOD en moet aan stuurboord gehouden worden (je gaat daar stuurboord uit). De route gaat dan tussen de tussen de palen door (breedte ong. 10 meter, doorroeien kan!) het Ballastgat in. In het Ballastgat ligt ook een boei, deze dient bakboord gehouden/gerond te worden. Vervolgens is het richting de uitgang van het Ballastgat ook weer tussen palen door (breedte ong. 4-5 meter, riemen laten lopen! – of voor de ervaren stuurlui riemen hoog terugzetten) de Vecht weer op.
Bij het opvaren van de Vecht moet deze eerst recht over gestoken worden. Hier ligt een gele wedstrijdboei die bakboord gehouden/gerond dient te worden. De wedstrijdleiding is hier ook op en rond het water aanwezig om te controleren. De stuurlui moeten hier opletten op zowel deelnemers aan de race maar ook op ander varend verkeer op het water (NB. verkeer kan zowel van bakboord als van stuurboord komen) als opletten op instructies van de wedstrijdleiding. De Vecht wordt hier haaks (zo recht mogelijk) op de vaarrichting overgestoken om het verkeer van beide zijden zo min mogelijk te hinderen.
Na het ronden van deze boei wordt stuurboord wal gehouden en worden alle wedstrijdboeien (drie stuks) aan bakboord gehouden/gepasseerd. De eerstvolgende boei is de bij invaart van het Ballastgat. Let op dat hier het eventueel tegemoetkomende verkeer naar de invaart van het Ballastgat niet gehinderd wordt. Denk hierbij aan de regels voor tegemoetkomend verkeer: stuurboord wal houden.
Dan volgen nog de eerder genoemde boeien die aan bakboord gehouden/gepasseerd moet worden – het smalle stuk van de Vecht in een onoverzichtelijk bocht: Geen riemen OVER deze boei. Na het passeren van deze boeien mag weer de ideale lijn over de Vecht gekozen worden en is de Vechtbrug over de N236 weer zichtbaar. En ook hier het beweegbare deel (de klep) aan bakboord houden.
De terugvaart – groene vaargeul boeien
Na het passeren van de brug over de N236, begint de terugvaart over de Vecht. Daar zijn tot aan de finish geen wedstrijdboeien meer.
Wel de groene betonning van de Vecht. Deze moeten allemaal aan bakboord gehouden worden tijdens de terugvaart. Dus ook hier NIET tussen de groene boeien en de woonarken door.
Let hier ook weer op tegenliggers en houd ten opzichte van de tegenliggers altijd stuurboord wal.
Finish & logistiek na de wedstrijd
De finish is ter hoogte van de Sluisbrug ter hoogte van de vlaggen op de Groene Punt en de kade naast de Sluisbrug. De finishende boten worden met een geluidssignaal afgeblazen en/of door de speaker afgemeld.
Vlak voor de finish (±400 meter) bevindt zich de Lange Vechtbrug, dit is een obstakel om rekening mee te houden, omdat hier maar één boot tegelijkertijd onderdoor kan. Hier is het zaak om goed en verstandig stuurmanschap in acht te nemen.
Na de finish
Na de finish moeten alle boten meteen een stuk doorvaren richting de spoorbrug om ruimte te maken voor de boten die nog moeten finishen. Vaar hier door naar de verste gele boei aan bakboordzijde, keren met deze boei aan bakboord en terugvaren tussen de wal aan de Stationsweg de gele boeien, richting de Sluisbrug (om weer naar de takellocatie of naar de wissellocatie in de Kom te gaan).
Geschikte locaties om te wisselen zijn: de sloepensteiger in de Kom van Weesp en de VVW-steiger (mits er niet te veel finish-verkeer is!).